zondag 29 september 2013

Wandelen

We gaan wandelen, Siem mag mee van de vriendelijke Co-assistent. Ik vraag vertwijfeld of ze dit ook besproken heeft met de grote baas. Ze knikt en ik kan niet wachten tot hij klaar is om te gaan. Thuis is het enthousiasme minder groot. Blij roep ik jassen en laarzen aan. Starend naar een of ander stom kinderprogramma, zijn ze niet voor uit te branden. 'Waar gaan we naar toe? Moeten we naar de super?' nee, allemaal niet, we gaan gewoon een stukje wandelen. 'Waar heen dan?' Na een kwartier is eindelijk iedereen klaar om te gaan. Nu nog alles in de auto. Nog niet eerder met z'n zevenen op pad geweest, dus dat is niet zo een, twee, drie gepiept. Weer een kwartier later kunnen we eindelijk richting bos. 

Wandelen is een ruim begrip. Volgens de Dikke van Dale is wandelen, lopen voor de ontspanning. Zeker nog nooit met vijf kinderen onder de acht gewandeld. Ontspanning ver te zoeken. Pepijn,loop niet midden op het pad, er zijn nog meer mensen. Sophie geen bloemen plukken, daar plassen ook honden. Gadver, nu moet ik echt m'n handen wassen, roept ze uit. Tja, lieverd beetje lastig nu! Nee Mees, dat is geen tak, die kun je niet meenemen. En zo weet ik er nog wel honderd. Tien minuten lopen en de eerste vragen komen. 'Wanneer gaan we koffie drinken?' Eigen schuld, we zijn nu eenmaal meer van het koffie drinken dan van het wandelen. Maar het leek zo leuk, ravotten in het bos, urenlang rennen, paddestoelen kijken, klimmen en klauteren. Klinkt zo ook heel leuk. Als je de Oerrr kaarten van natuurmonumenten leest lijkt het allemaal geweldig. Eigenlijk is koffie ook wel een goed idee. Maar nee, dit keer hou ik vol. We gingen wandelen en zullen dan ook wandelen.

Nog geen kwartier later ben ik bekeerd. Koffie, is het enige waar ik nog aan kan denken. Mees staat stampvoetend midden in het bos te krijsen dat hij daar blijft staan. Ik ploeter achter hem aan met een enorme tweelingwagen, met daarin twee krijsende kinderen. En die vreselijk, aardige verkoopster bij de Prenatal zei nog dat deze echt heel handig was. Ja mooi staan zijn in de winkel, maar als je er in het bos mee achter drie kinderen aan moet rennen is het een onding.

Uitgeteld plof ik neer. Floris en Siem slapen eindelijk en de rest zie ik nog net de speeltuin in rennen. Ik kijk Pieter aan en bestel een twee dubbele koffie verkeerd en voel de rust op me neer dalen. Zou dit dan de definitie van wandelen zijn.






zaterdag 28 september 2013

Typisch Nederlands!

Wat is nu typisch Nederlands. Simpel roept iedereen. Kaas, tulpen en Delfts blauw. Nee, dat is wat Amerikanen en Japanners zien als typisch Nederlands. Maar wat is het voor een Nederlander. We vinden onszelf heel sociaal en tolerant. Tolerantie en angst voor het onbekende zijn geen goede partners. Het is als een relatie tussen twee uitersten. Gedoemd te mislukken. 

Nu begint negentig procent van de Nederlanders te roepen dat het onzin is. De overige tien procent houdt wijselijk zijn mond. Die weten wel beter. Voorbeelden te over. Laat ik gewoon in mijn omgeving beginnen. Broer en schoonzus lieten hun huis opknappen. Mocht niet teveel kosten, ja lieve mensen ook bij ons is het crisis en werkt het kabinet Rutte niet echt mee. Dus de Polen werden ingevlogen. Harde werkers, altijd keurig op tijd, goed werk, dus wat wil je nog meer. Schoonzus raadde het iedereen aan. Lyrisch was ze erover. Tot de dag dat twee huizen verder, Polen hun intrek namen. De verjaardag van ons nichtje stond niet in het teken van prinsessen, taart en vrolijke kinderstemmetjes, het was een grote klaagzang. Zolang het ons iets oplevert en we er zelf voor kiezen is alles koek en ei. 

Voor de leuk, nog een voorbeeld. Sophie zat ooit op een kinderdagverblijf. Gewoon leuk en gezellig, met allemaal lieve kindjes, met alles er op en eraan. Op een dag was er Thijs, een innemende lach op een vrolijk snuitje kwam op me afgerend. Sophie was vanaf die ochtend zielsgelukkig. Thijs werd haar maatje voor het leven. Voor haar was het gewoon een nieuw kindje. Voor het overgrote deel van de ouders was het een jongetje met downsyndroom. Al die angst voor een mannetje van twee, hoopte zich op en uiteindelijk wilden de papa en mama van Thijs, niet meer vechten tegen deze angst en onbegrip. Ik begreep ze, Sophie mijn kleine meid, zag het niet. Thijs en zijn papa en mama zijn nu heel gelukkig op een andere school. Thijs komt nog vaak spelen. Sophie weet inmiddels dat Thijs anders denkt dan dat zei kan. Ze rennen, voetballen, spelen verstoppertje en Sophie leest Thijs voor uit zijn lievelingsboek. 'Omdat hij dat nog niet zo goed kan, mama'. 

Is dit nu typisch Nederlands. In mijn ogen kenmerkt dit de huidige maatschappij. Zijn we bereid om te veranderen. Nee, er is altijd een excuus, maar roep dan ook niet om het hardst dat tolerantie zo'n groot goed is.






donderdag 26 september 2013

Chique diner


Zeven jaar en een chique diner. Lieverd, misschien vinden de andere meisjes dat niet zo leuk. Na veel wikken en wegen komen we tot een compromis. Eerst film en dan een chique diner. Hele vrijdag rennen en vliegen, boodschappen doen, huis schoonmaken, tafel linnen zoeken. Waar heb ik dat in hemelsnaam neergegooid toen ik besloot nooit meer een kerstdiner te geven. Kerstdiners zijn altijd een hoop stress en wat krijg je er voor terug. Eigenlijk alleen een hele hoop afwas en gezeik. Nee voor mij even niet meer. Maar goed tafellinnen, zes kasten verder eindelijk gevonden. Oh ja, dat moet dus ook gestreken, net als die berg midden in de woonkamer. Maar goed, eerst dit.

Na pianoles zal dochterlief helpen. Dat levert meestal niet veel op, behalve een hoop ergernis, maar goed, haar diner, dus ze mag ook wel wat doen. Tafel dekken, voorgerecht ( geroosterd brood met ham en kaas, dus gewoon een tosti eigenlijk) maken. Drie uur en ze rent weg. Roep nog hoopvol er is nog meer te doen, maar mevrouw moet zich omkleden. Om kwart voor vier staat ze voor me met de mededeling dat ze echt niets heeft om aan te trekken. Mmmm, waar heb ik dit eerder gehoord. Stipt vier uur staan er vijf dametjes op de stoep, gewapend met bloemen, chocolade en bedankjes voor de uitnodiging.

Na Megamindy en de snoepbaron. Toby bekijk je met heel andere ogen na de film Gooische vrouwen. Gaat het gezelschap aan tafel. Gesprek gaat van hoe hoor je het wijnglas vast te houden tot wat ben jij met lezen op school. Ineens hoor ik een van de dames roepen, 'wat voor bh heb jij aan'. Zeven jaar zijn ze, wat moet het worden.

Half zeven, papa's en mama's komen binnen rollen. We zitten aan de wijn en nemen even het diner door. Ze spelen buiten in de tuin verstoppertje. Eigenlijk is het gênant, zitten we dan, na de parodie van onze dochters op onze eigen dineetjes.

maandag 23 september 2013

Deja vu

Daar zijn we weer! 
De tijdloze Zwitsal-baby op de verpakking van de billendoekjes lacht me weer schattig toe, hij is in bijna acht jaar tijd nog niets veranderd. 
De laatste baby die ik in mijn armen hield, is inmiddels een dreumes van een jaar. Mees is een echte peuter, maar dan ook helemaal volgens het boekje. Ja ook met al die kanten van een mensje die je eigenlijk liever niet ziet. Degene daarna inmiddels een schoolgaand* mannetje, nu net groep drie, dus hij weet alles al. (*‘school’, is tegenwoordig wat vroeger kleuterschool genoemd werd en waar je dus vooral de kunst van het vingerverven  en kastanjemannetjes maken leerde en waar nu enorm veel ophef over gemaakt wordt), dat sinds kort ‘vetcool’ in zijn vocabulaire heeft en zelfs weet dat de letter P (spreek uit; ‘Puh’) van Pappa is, te pas en te onpas ‘stop, hou op’ roept als hij iets niet wil (dat leer je namelijk op school) en zijn eigen kleren aan kan trekken (al dan niet achterstevoren of binnenstebuiten, maar goed, toch knap). 
Ook heb ik onlangs van hem geleerd dat als je wat drinkt het er van voren uitkomt en als je wat eet…. Afijn. Ook is het handig om te weten dat in de herfst de blaadjes van de bomen vallen en wat er allemaal rijmt op ‘muis’. Het langst geleden is onze dochter, bijna acht jaar is een hele tijd. En in bijna acht jaar leren ze heeeeeel veel. Werd me laatst haarfijn uitgelegd hoe de ipad werkt en dat je daar alles op kunt zoeken. Maar dan ook alles. Voorlichting is tegen de leeftijd dat ze daar aan toe mocht zijn niet meer nodig, zeg maar.

Het is ons gelukt, ze lopen, ze praten (meer dan ons lief is), zijn allemaal zindelijk, hebben geen krampjes meer en ze eten gewoon wat er op tafel komt, zelfs als het groen is. 

Baby vijf ligt, inmiddels een paar weken in het ziekenhuis, temidden van ruitjes (blauw), streepjes en beertjes te wolken in een (je raadt het al) blauwe wrapper (chique woord voor omslagdoek). Ondanks alles, een prachtig gelukt exemplaar, een klein mannetje.

Deja-vu’s. Hoe naïef… 

Fles a, daar beginnen we mee, want daarmee zijn we uiteindelijk ook begonnen (en weer geëindigd bij Bij de eerste drie). Voeding a, daar beginnen we mee, want lekker goedkoop. Fles a is inmiddels uitgebreid met ‘anti-kramp-opzetring’, het zuigelingen-expert-team heeft niet stilgezeten, da’s mooi. 
Oei, krampjes, of zeg maar Kramp (met een hoofdletter K dus), dat was, even terug in het geheugen, niet leuk voor baby én ouders. Helemaal niet leuk! De #mazelen laten we maar buiten beschouwing. Ook al niet leuk!

Als nieuwbakken mamma (of misschien überhaupt als mamma) laat je je onlangs vertrokken huisgenootje niet creperen van de buikpijn, dus wordt er gesust, gewiegd, gezongen.
Papa begrijpt de ophef niet zo, en geeft het op. Hij besluit dat er geen eer aan te behalen is. Zoals hij dat ook bij de vorige vier concludeerde. En even voor de goede orde, papa is nu van alle vier de grootste held. Hoe oneerlijk....
Iets met lasten en lusten, doorgaans gecamoufleerd door 'mannen hebben nu eenmaal niet zoveel met baby's'.

Terug dus, naar de Krampjes. Er volgt fles b en c, voeding b en c, speentjes in alle soorten en maten, poedertjes en pipetjes met ondefinieerbare vloeistof die echt de oplossing zou zijn. Nu een paar weken later is het enige verschil een ontoereikend saldo op mijn rekening, de babymaffia die gillend rijk worden van mij. Maar met mij nog rijker van minstens een miljoen anderen.

Tussendoor moeten er ook nog duizend anderen dingen gebeuren. Dus tussen het heen en weer rijden naar en van ziekenhuis, smeer ik boterhammen, kam haren, strik veters (begrijp ineens de juf op school, die zei dat schoenen met klittenband toch echt de voorkeur hadden), breng en haal iedereen naar en van school of kinderdagverblijf, al dan niet met vriendjes en vriendinnetjes, met goedgevulde trommeltjes, bij voorkeur enigszins schoon en nóg liever op tijd. 

In het ziekenhuis met rechts, schrijf ik lijstjes, links is bezet door een continu rood aangelopen krijsende Siem, 'Wat gaan we eten’ en hoeveel blauwe muisjes kun je in een huis opzuigen (hoe frustrerend kraamvisite, terwijl je kind er niet is), waar pas ik nog in (oftewel, wat moet ik aan in dit stadium?) en hoe lang geleden is het bed verschoond is, Siem in bad geweest is, Siem gevoed is (thank God, zijn er allemaal hele lieve verpleegsters) en hoe lang geleden hebben wij ....?

Wassen, soppen, verjaardagskaartje/kadootje, worstelen met tweelingwagen (ja, want dat was handig met een 1-jarige en een baby, alleen had niemand ons verteld dat Siem zijn eerste weken lekker in het ziekenhuis ging doorbrengen) en nog vier kinderen in een te kleine auto en de variatie daarop als het met bakken uit de lucht komt. Gelukkig wonen we in Nederland en regent het bijna nooit.

Conclusie. Niet onderschatten, ook al is het de vijfde. 

Gelukkig is er tussendoor ook het Grote Genieten van dit oh zo heerlijke schepseltje, dat je zo lekker kunt knuffelen. En vooral wat mijn andere vier kleintjes zo heerlijk knuffelen. En we hebben er tijdens een uitermate belangrijk gezinsberaad over gepraat, we hebben het voor kleine Siem over om alle dagen soms wel zes keer heen en weer te rijden naar het ziekenhuis, zodat iedereen hem elke dag een kusje kan geven. Prachtige foto's van alle zoentje prijken inmiddels op onze koelkast.
Ook het kraambezoek, zelfs zonder baby komt iedereen, is zo ontzettend welkom (mits op tijd), mooie cadeautjes en bloemen (lieve werkgever, witte lelies zijn voor een begravenis). En nog meer cadeautjes en bloemen. Zelfs als er voor het ontbijt al weer twee bekers melk en een beker chocomel op de grond liggen, kan mijn humeur niet stuk.

Ik ben gelukkig. Ondanks dat we er nog lang niet zijn en zoals alle knappen koppen melden we voorlopig echt nog niet aan naar huis gaan hoeven na te denken.

zaterdag 21 september 2013

Zwembroek


Nieuwe kleding, weten mijn kinderen koop je op de iPad. Wel zo makkelijk, nooit meer urenlang rondlopen in een stad. Winkel in winkel uit met vier krijsende, dreinende kinderen. De vijfde ligt in het ziekenhuis, dus hoeft niet mee. Vooral schoenen kopen is een drama. Wanneer je hier in de omgeving winterschoenen gaat kopen, staat er dus buiten de winkel zo'n nummertjes apparaat. Zo een als bij de slager vroeger.

Schoenen kopen we dus sinds die ene bewuste keer ook online. Net een kind rijker ben je nog niet wijzer. Eerste week oktober winterschoenen kopen, wist ik veel. Blijkt dus dat dan de kinderbijslag wordt gestort en dat heel Nederland met kinderen, schoenen gaat kopen. Inmiddels is me ook bekend dat je het met kinderbijslag alleen niet redt. Minder leer, minder zool, maar even duur. Apart fenomeen.

Sophie heeft nu haar eerste zwemfeestje. Dolenthousiast staat ze te springen in de kamer. Aangezien ze de hele zomer in haar zwembroekje heeft gewoond, mooi weer en heel lang vakantie, is het gevolg eenvoudig. Wat afgelopen zomer nog mooi rood was, is inmiddels een rare kleur roze met wat vieze gelige hartjes. Geen optie. Waar vind nu nog een nieuwe zwembroek.

Sophie ligt met haar billen op een groot vel wit papier. Ik kijk blijkbaar vreemd, dus volgt haar betoog. Of ik maar even een stift kan pakken dan kan ik haar billen tekenen en weet ik de maat zwembroek. "Net als met schoenen, mama!", klinkt er licht geïrriteerd.

Eind goed al goed. Zwembroek via internet ligt de volgende dag in de bus. Dolblij pakt ze het zelf uit. "Mama, ze zijn de bh vergeten". Ik leg uit dat ze toch weet, " waar niets zit hoeft niets over". Eindeloze discussie volgt. Alle argumenten die ik aandraag ten spijt. Dit is zeker niet wat ze ervan verwachte. Dan ga je lekker niet, lieverd. Simpel als wat. Mokkend stampt mijn kleine diva de trap op. Zwembroek ligt in de hoek. Mees vindt 'm wel mooi en loopt er mee op z'n hoofd. Gelukkig blijft ze nog wel even boven, anders zou het huis helemaal te klein zijn.







maandag 16 september 2013

Mazelen 2.0


Op het moment dat je iets schrijft over mazelen in de huidige tijd, is het te verwachten dat er veel reacties op komen. Siem is nog heel jong en dat hij mazelen kreeg is domweg pech. Natuurlijk ben ik boos. Boos op het feit dat er een simpel vaccin is, waar niet door iedereen gebruik van wordt gemaakt. Wanneer de vaccinatiegraad in onze omgeving hoger was geweest, was de kans op een uitbraak in eerste instantie niet zo groot geweest. In dat geval was de kans dat Siem ziek was geworden minimaal geweest.

Positieve, maar zeker ook negatieve reacties zijn nodig om een discussie in gang te zetten. Echter dan moet het wel over het issue gaan. Het gaat mij er niet om dat iedereen domweg zijn of haar kind moet vaccineren. Belangrijk is dat een ieder er over na denkt en de voors en tegens tegen elkaar afweegt.

Geloof is daar een voorbeeld van. Toevallig is dat hier in de regio van grote invloed op de vaccinatiegraad. Echter is dat zeker niet de enige reden om niet te vaccineren. Antroposofische achtergrond kan ook een reden zijn. Daarnaast zijn er vast nog een tiental al dan niet gegronde redenen.

Reacties met alle goedbedoelde adviezen, twijfel over incubatietijd en dergelijke, daar heb ik me voor afgesloten. Half Nederland is ineens arts en weet het beter. Ik kan het met bepaalde reacties niet eens zijn. Maar ik kan wel begrip opbrengen voor de keus die iemand maakt. Zelfs in de huidige situatie kan ik dat begrip opbrengen. Je denkt er over na en komt dan tot een weloverwogen besluit. Dat verdient respect. 

Toch ben ik van mening dat in de discussies rond vaccinatie het in eerste instantie gaat om het eigen kind. De omgeving wordt hier te weinig in betrokken. We wonen in dichtbevolkt land. Ook maken we gebruik van kinderopvang en het huidige schoolsysteem. Dat maakt dat we als we de keus maken voor niet vaccineren wij ook anderen daar direct in betrekken.

In dit geval is het mijn kleine uk. Wij zijn zeker niet een uitzondering. En natuurlijk ben ik aangevallen om mijn column. Niet alleen via Twitter en forums, maar ook gewoon op het schoolplein, in de supermarkt. Soms doet het pijn, vooral wanneer beschuldigingen via de kinderen kenbaar worden gemaakt. Nu er op school een echte discussie op gang komt, ben ik blij dat ik alles heb aangehoord en over me heen heb laten komen. Nu iedereen zijn emotie kwijt is kan er een echt gesprek plaats vinden.

Siem knapt wel op, weten we inmiddels. Hij is er nog lang niet. Zijn gehoor aan een oor is zwaar beschadigd, dat wordt niet meer beter. Maar met een oor kom je er ook. Zijn longen hebben een behoorlijke klap gehad en dat herstelt langzaam. Wat hier op lange termijn merkbaar van blijft is afwachten. Voor nu is het een kwestie van aansterken. Het gaat met vallen en op staan. Een stap vooruit en vervolgens gooit een infectie door de echt noodzakelijke centrale lijn weer roet in eten. Keihard drie stappen terug moeten doen. Er komt een dag dat alles klopt en hij mee naar huis mag!













dinsdag 3 september 2013

Mazelen


Beste ouders van niet ingeënte kinderen,

Mijn kleine Siem is ziek. En niet een beetje ziek, maar echt heel ziek. Met vier broertjes en zusjes kun je altijd wat opsteken dus van een beetje verkouden, schrikken we niet zo erg. Maar die rode vlekjes deden toch wel de alarmbellen rinkelen. Hij is negen dagen oud en heeft mazelen.

Ooit zeven jaar geleden hebben we, Sophie moest haar eerste enting, de discussie wel of niet enten gevoerd. Na dagenlang overleg en verhitte discussies, hebben we besloten onze kinderen in te enten. En niet omdat we de kinderziektes zo verschrikkelijk vinden. Nee, het ging ons om andere kindjes, zoals pasgeborenen en kindjes met een verminderde weerstand. Ik wilde daar niet schuldig aan zijn, dat door mijn kind anderen besmet zouden raken.

Gelukkig zijn er met ons, veel meer mensen die hier hetzelfde over denken. Percentages ingeënte kinderen ligt gemiddeld in Nederland boven de 95 procent. Met uitzondering van de regio waar wij wonen. De alombekende "biblebelt". En wat is nou de kans dat je kind dan ook nog tegen zo'n vervelend virusje op loopt. Minimaal hoor ik iedereen denken. Waar maak je je druk om.

Dat je je eigen kind niet laat inenten vind ik prima. Geheel eigen keus, lijkt me. Gods wil en de druk van de gehele gelovige gemeenschap (daarom laten bepaalde mensen hun kinderen wel stiekem thuis inenten) weegt heel zwaar. Echter nu zijn jullie met zijn allen schuldig aan het ziek zijn van mijn kleine Siem. De boosheid hierover kunnen jullie niet wegnemen. Al mijn kindjes zijn keurig ingeënt, behalve kleine Siem.

Hij snottert en hij hoest de longen uit zijn lijf. Hij heeft torenhoge koorts. En rilt over zijn hele kleine lijfje. Ik mag nu aan mijn kleine meisje en jongetjes gaan vertellen dat het niet zo goed gaat met Siem. We gaan hem met z'n allen naar het ziekenhuis brengen, daar gaan ze heel goed voor hem zorgen. Het komt keihard aan. Pepijn kan alleen maar huilen en schreeuwt heel hard dat Siem dood gaat. Ik kan niet antwoorden en voel tranen achter mijn ogen prikken. Ik weet dat de kans aanwezig is en wil er niet over nadenken. 




maandag 2 september 2013

Groep 3


Vanmorgen stapte hij parmantig de school binnen. Mijn kleine blonde surfgod gaat naar groep drie. Vanaf het ontbijt was hij er maar druk mee. Ging hij gymen, had hij wel een tas, vergat ik zijn broodtrommel niet, kon hij vanmiddag nou rekenen en schrijven. Lezen hoefde hij niet te leren, dat kan ik al lang hoor. Geduldig somde ik op. Nee Pepijn geen gym, tas is er, broodtrommel ook en je kan niet in een dag alles leren. Oké, klonk er droog en hij at rustig verder.

Zes en half uur later haal ik ze van school. Pepijn rent op me af. Ik wil nog vragen hoe het is geweest. Te laat. Enige mededeling die volgt is dat hij gaat spelen met zijn beste vriend. Alles is al geregeld roept hij nog. Er kan nog net een kus vanaf. Sophie rent op me af. Blij kijk ik haar aan en voel me enorm gelukkig door al dit enthousiasme. Keihard rent ze langs me naar haar vriendinnetje. Ik word nageroepen, of ik maar even haar pianoboeken naar Lies kom brengen als ik toch Pepijn op ga halen. Een dag school en ik ben al weer een veredelde taxi chauffeur.

Pepijn is om half zes, helemaal afgedraaid. Huilend ligt hij in zijn bed. Na samen een paar bladzijden in zijn boek gelezen te hebben, komt het hele verhaal er uit. Hij is uitermate teleurgesteld. Hij kan helemaal niet rekenen, lezen en schrijven. In zijn kleine koppie had hij het zich heel anders voorgesteld. En de meester is ook helemaal niet aardig. Zijn juffie van vorig jaar was veel liever, maar ook dat viel vandaag tegen. Halverwege de dag was hij stiekem terug gegaan naar zijn lieve juffie en ze had hem zo terug gestuurd naar zijn nieuwe klas. Zijn kleine lijfje schokt tegen me aan. Hortend komt er uit dat hij nooit meer gaat. Groep drie is stom.

zondag 1 september 2013

Syrië 2.0


Syrië was toch wel even wat uit de gedachten van dochterlief. Dokter wordt ze nog steeds! Vanmorgen aan het ontbijt, begonnen we lekker. Eitjes, witte bolletjes, vers sapje en als klap op vuurpijl de krant. Sophie zat al en was druk aan het lezen. Gister niet aan krant toe gekomen dus dit leek me het uitgelezen moment.

'Mama?'Ja Sopje, wat is er? Waarom bemoeit Obama zich met Syrië? Eigenlijk heb ik hier helemaal geen zin in. Obama is toch de baas van Amerika. Ja dat is waar, antwoord Pieter. Enigszins geïrriteerd omdat de Vuelta op dit moment echt belangrijker geacht wordt. Syrië ligt toch niet in Amerika. Nee, Syrië ligt niet niet in Amerika. Maar de grote baas van Syrië doet dingen die meneer Obama niet zo aardig vindt. Wat is gifgas, mama. Oh dat is heel gevaarlijk en als ze dat gebruiken kunnen mensen dood gaan. Ze snapt inmiddels dat de grote meneer van Syrië dat gebruikt. Zover is ze inmiddels met lezen in de krant. Ik kijk Pieter licht geagiteerd aan, weinig bijval. Wat moet ik hier nou mee. Mijn hersens draaien over uren. Ik wil haar beschermen tegen alles, maar wil ook niet aan haar vraag voorbij gaan en haar de mond snoeren. Enorme tweestrijd in mijn hoofd. Besluit snel genomen, laten we het maar gewoon bespreken.

Ja lieverd, de grote baas van Syrië is meneer Assad en meneer Obama heeft gezegd dat hij sommige dingen echt niet mag doen. Eigenlijk is het net als thuis, als ik zeg dat iets echt niet mag en je doet het toch krijg jij straf. Dan moet je naar je kamer. Oh, nu snap ik het. Wil je nu mijn eitje pellen. Opgelucht haal ik adem. Toch sneller afgehandeld als ik dacht. Het is gezellig en bij een kop koffie kan ik rustig de krant lezen. Alles peis en vree. Heel prettig.

Vanavond krijgen we bezoek, dus nadat iedereen gewassen is taart bakken. Sopje helpt mee. Stilletjes klopt ze eiwit. Langzaam begint ze te praten. Als Obama nou gezegd heeft dat meneer Assad de mensen geen pijn mocht doen, waarom doet hij dan niets. Nu denkt die meneer dat hij het gewoon kan doen. Als jij mij nooit straf zou geven, dat zou toch raar zijn. Dit had ik even niet verwacht. Sophie heeft altijd even tijd nodig om de zaken te overdenken en te laten bezinken. Maar dat ze hiermee zou komen. Lieverd er zijn rond Syrië nog veel meer landen en Obama moet daar ook rekening mee houden. Bij ons thuis moet je ook rekening houden met iedereen. Ja daar heb ik wel gelijk in, maar nu geloofd niemand die meneer Obama toch meer. Mijn kleine meisje klopt rustig en beheerst verder, slaat de spijker op zijn kop.